×

Otto-Jan Ham

Otto-Jan Ham is radiopresentator bij Studio Brussel en tv-maker voor Canvas en VIER. Met zijn guitige en ontwapenende stijl is het moeilijk niet van hem te houden. Sinds acht jaar woont hij samen met zijn vriendin Iris en dochters Dolores (7), Filippa (5) en Gloria (7 maanden) in Halle. Een keuze die hij zich nog geen dag beklaagd heeft.

Hoe ben je in Halle verzeild geraakt?
Otto-Jan: Dat is de schuld van mijn lief! (lacht) Ik ben opgegroeid in Dilbeek, maar Iris komt uit Sint-Pieters-Leeuw. Zij wou graag terug in de buurt wonen en ik ben – zoals dat vaak gaat – gezwicht voor de liefde. Ik moet toegeven dat Halle voor mij een blinde vlek was. Ik kende de stad enkel van de zomerfestivals. Acht jaar geleden botsten we hier op een huis waar we beiden instant verliefd op waren. We kochten het, verbouwden het en maakten er onze thuis van. Sindsdien hebben we ons de verhuis naar Halle nog geen dag beklaagd.

Wat vind je dan zo fijn aan Halle?
Otto-Jan:
Ik vind Halle best een bruisende stad, met veel festivals en jonge mensen. Het is een mini-stad met een compact centrum. Behalve een bioscoop, heeft Halle alles: een zwembad, een cultuurcentrum, parken, speeltuinen en heel veel goeie restaurants en cafés. Daar mogen we in Halle zeker niet over klagen! Extra leuk is dat we hier alles te voet kunnen doen. In Ternat, waar we voordien woonden, moesten we voor het minste de auto nemen.

Kom je veel buiten in Halle?
Otto-Jan:
Als je het hebt over op café gaan, dan ben ik mijn wilde haren wel wat kwijt. Zeker sinds de komst van onze derde dochter blijf ik vaker thuis. In normale tijden gaan we wel regelmatig uit eten. We zijn bijvoorbeeld vaste klant bij koffie- en eethuis Esmola, aan de basiliek. Je kan daar lekker ontbijten en lunchen en de meisjes kunnen er veilig rondlopen. Een trip die dankzij corona routine werd, is op de Beestenmarkt een ijsje halen bij Scoop. Daar hebben ze dagvers ambachtelijk ijs in een waaier van smaken.

Kan je, als wereldberoemde Hallenaar, nog op het gemak naar de supermarkt gaan? 
Otto-Jan:
Ja hoor, dat valt goed mee. De meeste mensen zijn sowieso vriendelijk en hier in Halle al helemaal. We zitten hier vlak aan de taalgrens en dat is het mooie aan ons landje: de helft van de Belgen kent mij niet eens. (lacht)

Zie je jezelf nog wegtrekken uit Halle?
Otto-Jan:
Goh... zeg nooit nooit. Wie weet wat er nog allemaal staat te gebeuren? Mocht er zich op carrièrevlak een mooie opportuniteit aanbieden, dan misschien wel. Maar zolang er niets verandert, zie ik ons hier wel in Halle blijven. En dat is zeker geen straf!

Met wat ben je momenteel bezig op professioneel vlak? 
Otto-Jan:
Ik heb het momenteel zeer druk met het nieuwe seizoen van de Campus Cup, een quizprogramma waar twee universiteiten het tegen elkaar opnemen. Ook Brain man, het programma waar ik de werking van hersenen onderzoek, krijgt een vervolg. Daarnaast ben ik bezig met een podcast over wielrennen voor Woestijnvis. En, ik zou het haast vergeten, op zaterdag presenteer ik op Studio Brussel het programma There Goes My Hero, waarin ik muzikale helden van bekende en minder bekende luisteraars in de verf zet.